Totaal aantal pageviews

dinsdag 27 december 2011

Geert, feministen, Partij voor de Dieren, HELP PUNGTUNG

Er is een Sumatraanse vrouwtjes neushoorn gevonden. U weet wel, die beesten die al grijs geboren worden en een dikkere kont hebben dan Erica Terpstra. Pungtung is de naam van de op vier poten lopende Erica. Haar opdracht is ordinair, beschamend zou een feminist zeggen. Seks moet ze hebben. Want haar soort dreigt uit…



Een hoer kun je Pungtung moeilijk noemen. Ze krijgt er namelijk geen cent voor om als kindjesverwekker te spelen. Beter kunnen we Pungtung vergelijken met een slaaf uit de 16e eeuw. Opgepakt en weggevoerd. Op weg naar een nieuw land, zonder dat er ook maar een neushoornfluisteraar aan te pas komt om te vragen wat Pungtung er eigenlijk van vindt.

Pungtung haar opdracht is simpel. Neuken voor het goede doel, voor kerst, voor liefde, voor kinderen. Maar wat nou als het niet klikt tussen Pungtung en het mannetje wat al drie jaar staat te wachten om z’n Sumatraanse bruid te bespringen? Het mannetje heet ‘Tam’. Maar hoe tam is ‘Tam’ nog als die eindelijk weer een vrouw ziet? Arme Pungtung, ik ben bang dat de zweepjes uit de SM zaak niks zullen zijn bij hoe het tussen die twee er straks aan toe gaat.

Schandalig. Hou deze dierenporno liefhebsters die zich onderzoekers noemen alsjeblieft tegen. Geert Wilders ik vraag je: je bent tegen uithuwelijking van moslima’s, doe dan ook wat tegen deze uithuwelijking?!

Feministen ik vraag jullie: sta op uit jullie door vrouwen gemaakte stoel, we moeten het niet accepteren dat vrouwen, waar dan ook ter wereld, onderdrukt worden! Partij op de Dieren stemmers, sta op uit jullie nep-leren stoel, wees moedig, maak een punt hiervan! De rechten van vrouwen en dieren horen beschermd te worden!

Wij kunnen het stoppen. Wij kunnen Pungtung zelf laten beslissen. Bel in godsnaam een neushoornfluisteraar en doe de democratie eer aan. God bless Pungtung.

vrijdag 8 juli 2011

Inspiratie zoekende


Daar zit je dan, je voelt de druk van duizenden mensen die je blog lezen. Honderden mensen spreken je op school aan. Waar blijft toch dat verdomde nieuwe stuk op je blog!!!

Tijd genoeg om te schrijven, daar ligt het deze keer niet aan. Maar een onderwerp verzinnen blijft lastig.
Zal ik wat schrijven over dat oude vrouwtje die mij aansprak? Die mevrouw die met haar gekrulde geverfde haar zo schitterend vertelde over vroeger? Nee, niet interessant genoeg. Ik zou er nog geen tien zinnen over kunnen schrijven.
Die meneer uit de kroeg dan? De man die vertelde hoe je op een avondje seks kan hebben door het gewoon te vragen?
Nee, niet grappig genoeg. Ik herinner me er ook niet meer zo veel van. Elf regels vol schrijven over hem lukt nog wel, daarna is het klaar. Ik weet dan niks boeiends meer te schrijven. Hij had een kale kop, Humberto Tan zou er jaloers op zijn. Maar om daar nu iets over te schrijven, ik maak mezelf er in ieder geval niet vrolijk mee.
Treurig kijk ik in mijn glas vol water, ik heb nog geen slok genomen. Ik wacht op inspiratie. Jullie zijn welkom om te helpen.

dinsdag 5 juli 2011

De wachtkamer

Ik stap de orthopraktijk weer binnen. Hij ziet er hetzelfde uit als altijd. Wit, Apple computer aan de balie. Het is een lichte praktijk, alsof ze je willen troosten voor wat komen gaat. Voor pijn, teleurstelling van weer die beugel langer moeten dragen…
Kalm stap ik de wachtkamer binnen na een vrolijke begroeting van de vrouw aan de balie. Ik blijf het grappig vinden dat ze altijd mijn naam weet… Tuurlijk, het staat op haar computer, maar haar stemgeluid klinkt vertrouwd. Iets te vertrouwd misschien, maar wat wil je als je er al twee jaar zit?
De wachtkamer is goed gevuld, naast me zit een vrouw met een klein meisje aan haar zijde. Voor me een wat logge vrouw, met een beetje verbeelding lijkt ze eigenlijk best op een olifant. Vooral haar gezicht is sprekend een olifant. Of ze net zo zwaar is durf ik niet met zekerheid te zeggen.
Dan rust mijn blik op een jongen, hij komt me bekend voor. Hij is breed, groter dan ik. Hoewel groter dan mij zijn tegenwoordig niet zo lastig meer is. Als zelfs een vriend tegen je zegt dat je broertje al bijna langer is dan weet je het wel. Nee, van mijn lengte moet ik het niet hebben.
Gefascineerd kijk ik weer naar hem… Zou het Youri zijn? Youri, uit mijn oude klas van de basisschool… Ik durf het niet te vragen. de jongen lijkt wel een beetje op hem maar er zeker van zijn dat hij het is, nee.
Zonder dat ik het doorheb ben ik weer naar hem aan het staren, hij kijkt terug met zijn donkergroene ogen. Dan twinkelen ze opeens, hij geeft me een voorzichtig knikje. Jasper? Met twijfel in zijn stem vraagt hij het…
Ja dus, hij is het wel… Met een grote glimlach staren we elkaar aan. Was dit die jongen die bij mij op de basisschool zat? Ik kan het amper geloven, hij blijkbaar ook niet…
Met zijn zware stem en mijn, volgens kenners, zware stem vullen we de normaal gesproken zo stille wachtkamer. Lachend zitten we daar, pratend over hoe het nu met ons gaat.
De mensen in de wachtkamer staren naar ons. De vrouw met het kleine meisje aan haar zijde moet lachen om de herkennismaking. De olifant lacht niet, ze kijkt chagrijnig. Ze wordt door ons gepraat verstoord in haar goddelijke Linda die ze net aan het lezen was. Een Linda vol met mensen en kleding die zij nooit zal kennen en dragen. We besluiten niks van mevrouw olifant aan te trekken en praten gezellig verder.
JASPER? Ik herken de stem, de ortho wacht… Ruw wordt mijn ontmoeting met Youri onderbroken, waarschijnlijk om hem weer heel lang niet te zien. Maar wie weet… Misschien dat ik over drie jaar hem weer herken, hij mij herkent en we weer staan te praten. In de wachtkamer, of wie weet, op een gezelligere plek. Youri is verandert, ik ook. Maar je merkt het pas als je iemand heel lang niet gezien had.

zondag 3 juli 2011

Hij kan het nog hoor!

De man kwam de snackbar inlopen. Hoewel, lopen? Lopen was waarschijnlijk niet het juiste woord voor wat de man deed… Het was meer vechten om elk been vooruit te krijgen, krakende botten die niet meer wilde. Het lichaam gaf het zo langzamerhand op, alsof de man zijn hele leven door een sneeuwstorm liep.
De oude, krakkemikkige verschijning liep naar de toonbank. Hij staarde even voor zich uit, zijn ogen vielen op de lekkernijen die zeer zeker zijn cholesterol zouden verhogen. Hij bestelde, als een klein kind in een snoepwinkel. Dat er achter hem een jongen, wat zeg ik, de schrijver van dit waanzinnige verhaal nog niet besteld had deed even niet ter zake. Kleine kinderen in snoepwinkels, ze dringen altijd voor…
De man zette zijn voeten weer naar voren. Half vallend plofte hij op het nieuwe bankje bij de Eethoek neer. Naast hem zat een vrouw, even krakkemikkig te zijn als de man. De man lachte naar haar, zijn ogen twinkelde weer. De vrouw lachte lief terug, "hoi" zei ze met een lieve blik.
"Hallo" zei de man terug. De vrouw kijk triomfantelijk de snackbar rond. "Ja, hij kan het nog hoor!" schreeuwde de vrouw als een visserswijf op de Spakenburgse markt door de winkel. De oude man pakte nu even zijn glorie moment mee. De gulle glimlach op zijn gezicht liet zijn trotsheid zien… Verbijsterd keken de mensen in de snackbar naar het stel. Michael Jackson had op dit moment zonder dat iemand het door had de snackbar in kunnen stappen…
Het geflirt hield aan, was dit het begin van een nieuw stel? Zagen wij hier nou twee fossielen, versteend en oud dat ze waren, zichzelf omsmelten in vloeibaar lava?
Ik wilde het niet weten, van naaktslakken hoef ik ook niet te weten hoe ze seks hebben… Of alleen al communiceren, gadverdamme. Mijn patat was klaar, ik kon vluchten. De man die het nog kon achterlatend.

donderdag 9 juni 2011

Een week lang bloggen

Vandaag is een historische dag. Ik blog namelijk precies een week. Noem het gerust een mijlpaal in de geschiedenis van dit blog.
Zo zagen wij als eerste het artikel bloggen voorbij komen. Een blog waar de historische zin:  Ik blijf toch een schrijfhoer, nu nog klanten vinden die me kunnen waarderen.” vandaan komt. Een zin die nog duizenden malen gequote werd door menig schrijver.
Na dit eerste hoogtepunt werd het leerzame artikel over de EHEC-bacterie geschreven(. Een artikel op aanvraag van een boze klant van deze schrijfhoer. Volgens onderzoek is het IQ van de lezers duidelijk vooruitgegaan na dit waanzinnige artikel.
Daarna kwamen de pannekoeken-artikelen. Artikelen waarvan ik hoop dat mijn familie ze niet leest. Gelukkig heeft u allen, lezers van het eerste uur, uw mond wijselijk gehouden. Geen links naar deze blogs, we doen net alsof ze niet bestaan...
Alsof deze artikelen niet genoeg vreugde hadden gebracht gooide ik gewoon nog een artikel online! De vrouw LIJKT slimmer dan de man werd een daverend succes. Vertaald in maarliefst 143 talen. Gelezen door een miljoenenpubliek. Het artikel had volgens het AD “een literaire prijs verdient”. Waarvan akte.
Meer dan voetbal was het eerste serieuse artikel. Je moet het lezen om te begrijpen waarover het gaat. Alvast bedankt voor het lezen...
Internet verslaving was een regelrechte hit. Herkenbaar zeiden velen mensen. Ontroerend. Geschreven met hart voor de zaak. Uiteraard onderschrijf ik jullie mening. Het was een meesterwerk, ik geef het heel eerlijk toe.
Voor week twee van dit blog zoek in nog inspiratie. Mocht je iets weten, zeg het gewoon. Op school, twitter, op dit blog. Waar dan ook, ik ben beschikbaar!

dinsdag 7 juni 2011

Internet verslaving

Lieve heere god,
Wil je een groot schrijver worden moet je ergens verslaafd aan raken. Geobserdeerd zijn door mooie vrouwen bijvoorbeeld of zoals in de meesten gevallen een glaasje teveel drinken. Alcholisme is iets wat schrijvers kenmerkt. Drank is voor schrijvers hetzelfde als eten voor een labrador. Zet het voor ze neer en het is op. Het kost ze hooguit drie, misschien vier, seconden.
De alchohol verslaving lijkt mij maar niks. Ik snap dat het bij de beroepgroep schrijvers hoort en ik mij moet aanpassen. Ik vertik het aanpassen alleen, ik ben namelijk al verslaafd. Het is alleen geen alchohol.
Internet. Dat is mijn verslaving. Zonder internet ben ik als een violist zonder viool. Als Barcelona zonder balbezit. Ik die niet op internet zit is net zo zeldzaam als Cruijff te begrijpen valt.
Twitter, voetbalzone, msn, nu.nl, geenstijl... Ga zo maar door. Ik kan niet zonder mijn internet. Hoewel ik vaak de meesten websites al tien keer bekeken heb blijf ik langs surfen. Op zoek naar dat ene voetbalnieuwtje die ik nog niet wist. Op zoek naar een geweldig gesprek op twitter.
Wanhopig ben ik dan ook als het internet bij ons wegvalt, daarom vraag ik u lieve heere god. Waak over mijn internet, tot in de eeuwigheid. Amen.

Niemand had het door, niemand hield hem tegen

Hij was iemand die een voorbeeld was voor anderen. Kinderen wezen naar hem, hun kelen schoor schreeuwende om een handtekening. Sommigen mannen droomden dat ze zoals hem waren. Een succesvolle carriƩre, een mooie vrouw... Het leven leek zo perfect.
Zijn kind was overleden. Niks is erger dan als ouder je kind zien overlijden, je wil met je kind ruilen. Niet hij maar jij in de kist. Liefde voor je kind hebben, hij had het. Toch mocht hij niet lang van haar genieten, hij zag haar niet trouwen. Geen kinderen krijgen. Het moet hem pijn hebben gedaan.
Hij had zichzelf opgesloten in zijn eigen wereld. Zijn vrouw wist het, hij wist het. Maar meer mensen wisten het ook niet. Hij wilde het geheim houden, bang om uitgekotst te worden. Uitgekotst door zijn fans, zijn medespelers. In de voetbalwereld moet je niet aankomen met depressies. Dacht hij...
Hij leefde altijd in de angst dat iemand zou ontdekken dat hij die ziekte had. Dat hij depressies had, medicijnen slikte. Bang om zijn adoptiekind te verliezen. De angst van weer een kind verliezen omdat hij depressies had moet verschrikkelijk zijn geweest.
Toch voetbalde hij op een hoog niveau. Acht interlands staan op de teller, hij was aanvoerder bij Hannover. Het uithangbord van de club. De man die de druk van presteren op zijn schouders voelde.
Het werd hem teveel. Niemand had het door. Niemand wist dat hij depressief was, iedereen dacht dat hij een fantastisch leven had. Hij koos voor het einde, veertig duizend man nam de moeite om hem hun laatste eer te bewijzen. Robert Enke stierf op 10 November 2009. Niemand had het door, voor hem was het de verlossing.